Kort verhaal over dialect en taal

Ben net terug uit Moskou, waar ik wel vaker kom. Ik spreek geen Russisch, maar ik kan me door mijn regelmatige verblijf in Rusland wel enigszins verstaanbaar maken. Ietwat zelfgenoegzaam ben ik daar dan trots op, wat natuurlijk onzin is. Ik kan ook gewoon eens Russisch leren.

In Moskou raakte ik met allerlei mensen aan de praat. Twee van die gesprekjes gingen over taal. Zo kwam ik een man tegen die in alle ernst dacht dat in Nederland Engels de voertaal was en in Ierland Iers. Ik vertelde hem dat de Ieren Engels spraken en de Nederlanders Nederlands. Hij geloofde me niet.

Dialect
Het gesprek met een volgende passant ging over dialecten. Een rossige Moskoviet deelde me mee dat alle Russen Algemeen Beschaafd Russisch spraken. “Alleen in Sint Petersburg praten ze een beetje raar”, zei hij. “Maar verder doen wij niet aan dialecten.” “Allicht”, dacht ik. Sint Petersburg en Moskou, dat is Rotterdam en Amsterdam. Wederzijdse aversie. Toch had ik het verhaal inderdaad wel eens eerder gehoord.

Inmiddels prees ik me gelukkig met Nederland, dat barst van de talen en dialecten. Ik moest denken aan Brabant.

Brabant
Ik heb drie jaar in het oosten van Brabant gewerkt. Daar viel mijn Haagse tongval op. Als ik bijvoorbeeld ‘grappig’ wilde zeggen, zei ik: “Gchappâg.” “Jan, heb jij nou nooit last van keelpijn met dat accent van jou?”, informeerde een collega eens. Ze leek oprecht bezorgd.

Diezelfde collega vertelde ik een keer over het Leids Ontzet en de hutspot die we dan eten. “Hutspot?”, vroeg ze. Ik legde het uit. “Ah, wortelstamp”, sprak ze begrijpend. Toen een andere collega mij vertelde dat ze was afgewerkt, dacht ik aanvankelijk aan een minder eerbaar bijbaantje. Tot bleek dat haar werkdag erop zat.

Een Brabander die mij vanuit de auto belde, zei dat hij net was aangereden. Ik schrok. Maar hij bedoelde dat hij onderweg was naar onze afspraak. Zo kon een geruststellende mededeling omslaan in het tegenovergestelde.

Trots
Meer en meer ging ik Brabants begrijpen. Ik groette met ‘houdoe’ of ik nooit anders gedaan had. En net als in Moskou voelde ik soms de trots van de toeschouwer die zich heel even deelnemer weet. Wat natuurlijk onzin was. Want Brabants is gewoon Nederlands.