Een bescheiden oerwoud is gekapt voor de handleidingen waarin fijntjes herkauwd wordt hoe je wervende webteksten schrijft.
Vergeet al die boekjes.
Ik vertel je in 2 minuten de 3 regels die je echt moet weten. De rest is bijzaak.
Regel 1: webteksten lijken niet op tekst
De meeste teksten op internet lezen we niet voor onze lol. Van commerciële productpagina’s tot gemeentelijke aanvraagprocessen, het is geen proza waar je je tijd aan wilt besteden.
Met als gevolg dat we het maar half doen. Of niet. Hou je webtekst daarom zo kort mogelijk.
Anyone can make the simple complicated. Creativity is making the complicated simple.
Charles Mingus
Wat te doen bij complexe informatie?
Soms moet je wel eens wat meer vertellen dan dat het product in groen en geel verkrijgbaar is en € 19,95 kost. Complexe producten of diensten vragen nu eenmaal om meer uitleg. Maar ook dan blijf je kritisch.
Vooral dan.
Op wat je wel én niet opschrijft. En op hoe het geheel oogt. In een split-second bepalen je bezoekers of ze ook maar iets van je webtekst willen lezen.
Dat gebeurt alleen als je je webpagina luchtig houdt, als je de content laat ademen.
- Wissel iets minder korte alinea’s af met ultrakorte.
- Schrijf tussenkopjes waaruit direct duidelijk wordt wat er te ‘halen’ valt in de alinea eronder.
- Benut de eerste zin van de alinea optimaal.
- Plaats afbeeldingen of video’s die de tekst onderbreken.
- Gebruik ook eens bulletlists als je geen usp’s of stappenplan opdreunt.
Regel 2: webteksten zijn efficiënt geformuleerd
Kort en krachtig formuleren, daar draait het om. Schrijf gerust functioneel, maar wees geen robot en blaf je lezers niet af. Het is heel belangrijk dat je je als tekstschrijver inleeft in je doelgroep, maar overdrijf het niet.
Inlevingsvermogen is net zout. Het werkt als smaakversterker, maar iets te veel ervan en je tekst is niet te vreten.
Schrappen
Om tot de essentie te komen, moet je durven schrappen. Daar gaat vaak de meeste tijd in zitten.
Sorry dat ik je een lange brief heb geschreven. Ik had geen tijd voor een korte.
Blaise Pascal
Niks schrapt zo snel en fijn als overbodige formuleringen. Van bijzinnen die alleen maar in de weg staan tot woordjes waarmee de onzekerheid in je tekst sluipt. Denk 2 keer na voordat je woorden gebruikt als:
- Eventueel
- Misschien
- Mogelijk
- Waarschijnlijk
- Zo nodig
Ze ondermijnen namelijk een krachtige formulering en luiden veelal de o zo dodelijke bla-bla in.
If you listen very closely while you’re reading a text, often you can actually hear a tiny voice in the back of your head saying: “Blah blah blah blah blah…”
Steve Krug in: Don’t make me think (2006)
Quickwin: sloop het hulpwerkwoord ‘kunnen’
Twijfel je over de doeltreffendheid van je webtekst? Crtl+F op het hulpwerkwoord ‘kunnen’ en delete de hele handel. Wedden dat je tekst er krachtiger van wordt?
Regel 3: webteksten zijn direct
Bij welke tekst voel jij je het meest aangesproken:
- a. “Het pakket wordt binnen 5 werkdagen thuisgestuurd.”
- b. “Wij sturen het pakket binnen 5 werkdagen toe.”
- c. “Je krijgt het pakket binnen 5 werkdagen thuisgestuurd.”
Je wilt koste wat kost de aandacht van je lezer vasthouden. Richt je daarom ook tot hem, wees direct.
Het maakt niet uit welke schrijfstijl je hanteert. Stel de bezoeker voorop. Letterlijk. Begin je zinnen met ‘je’ of ‘u’. De bezoeker van je website voelt zich direct aangesproken. Dat geeft je een psychologisch voordeel.
Benut het.
Dag Olivier
Met jouw snelcursus kom je inderdaad al een heel eind.
Ik heb nog een aanvulling op je quickwin ‘sloop kunnen’.
Bij Schrijf.be ontwikkelden we een handig, gratis testje
waarmee je nog ‘quicker’ alle vormen van ‘kunnen’ uit je tekst haalt.
Plak hem op http://schrf.be/tekstscan.
Zo zie je meteen waar ‘kunnen’, ‘kan’ of ‘kunt’ nog opduikt.
Bruikbaar, of niet?
Leuke scan, Seppe. Vooral de ego-score! 🙂
Juist, dat vergat ik er nog bij te vermelden.
Past ook in het rijtje quick wins, he.
Dogs! ik twijfel niet aan jullie kennis, maar hebben jullie ook voorbeelden en/of ondersteunende cijfers voor bovenstaande Gouden Regels? Zou het verhaal nog meer autoriteit geven.
Dat is dan weer wel het voordeel van een handleiding: genoeg ruimte om voorbeelden op te nemen. 😉
Om m’n betoog kracht bij te zetten, heb ik bewust gekozen voor een compacte post en de tekstuele voorbeelden achterwege gelaten. Maar je hebt me overtuigd: er komt een follow-up met voorbeelden.
En ja cijfers… hooguit kun je op zichzelf staande testresultaten bieden. Per website of pagina spelen ook nog allerlei andere (niet-tekstuele!) factoren een rol waarom een tekst wel/niet/goed/slecht/half gelezen wordt. Generiek zullen ze dus niet snel worden. Of zou je met de cijfers van een afzonderlijke test al geholpen zijn?
Mingus en Pascal. Ik mag ze ook graag citeren 😉